De milieu-impact van de zorg. (Bron: RIVM, 2022)

De zorg gebruikt veel hulpmiddelen slechts eenmalig, van handschoenen tot chirurgische nietmachines. Dat kan een stuk duurzamer, aldus de Gezondheidsraad (GR) in een advies eind 2022. De minister liet nog naar wettelijke belemmeringen kijken. Wetgeving bleek geen doorslaggevende belemmering voor verduurzaming van hulpmiddelen. ‘Sturing vanuit de overheid is hard nodig’, zegt hoofdauteur prof.dr. Maroeska Rovers van het GR-advies.

Hans van Eerden

De milieu-impact van de zorg is groot en het gebruik van hulpmiddelen draagt daar aan bij. Covid-19 maakte het gebruik van wegwerphulpmiddelen zichtbaar en bracht daarmee de discussie over verduurzaming op gang. Door het massale eenmalige gebruik van mondkapjes, handschoenen en andere disposables groeide er een enorme afvalberg en ontstonden er tekorten. Zorgprofessionals werden daardoor gedwongen na te denken over langduriger gebruik of hergebruik, wat ze vauit het oogpunt van infectiepreventie juist absoluut wilden vermijden.

Maroeska Rovers, voorzitter Commissie Duurzaamheid medische hulpmiddelen: “De wetgeving over infectiepreventie is niet zwart-wit. Er is wel degelijk verduurzaming mogelijk.” | Foto: Fokke Eenhoorn

Weggooien of snel vervangen
Verduurzaming van zorghulpmiddelen reikt nog verder. Het gaat ook over chirurgische nietmachines die na eenmalig gebruik worden weggegooid, uit veiligheids-, gemaks- en economische overwegingen. Ze komen als hulpmiddelen voor eenmalig gebruik op de markt en procedures voor hergebruik worden als ingewikkeld ervaren. Of denk aan echoapparatuur; elke medische discipline heeft haar eigen type echo en werkt het liefst met de nieuwste versie. Apparaten worden daardoor sneller vervangen dan wellicht nodig is, terwijl teruglevering van oude apparaten voor hergebruik of recycling moeilijk op gang komt. Gebeurt dat wel, dan is het vaak voor minder bedeelde landen.

Advies Gezondheidsraad
Verduurzaming van de zorg leeft in het veld, getuige vele lokale initiatieven en het groeiende aantal organisaties dat zich aansluit bij de Green Deal ‘Samen werken aan Duurzame zorg’. Ook vroeg de toenmalige minister van Medische Zorg en Sport, Tamara van Ark, al in 2021 advies aan de Gezondheidsraad. Die stelde de Commissie Duurzaamheid medische hulpmiddelen in, met als voorzitter Maroeska Rovers, hoogleraar medische technologie en innovatie aan het Radboudumc in Nijmegen en wetenschappelijk directeur van het Technisch Medisch Centrum van de Universiteit Twente.

‘Met de discussie over wettelijke belemmeringen zijn we nu wel klaar; die zijn er niet echt’

De commissie bracht het probleem van de gebrekkige duurzaamheid van hulpmiddelen in kaart. “Dat disposables een verdienmodel vormen voor de leveranciers, wist ik al heel lang”, zegt Rovers. Verrassend was misschien wel dat het probleem overal was te zien, vervolgt Marjan Alssema, een van de commissie-secretarissen vanuit de Gezondheidsraad. “Niet alleen in de kleine dingen, maar ook in de grote apparaten. In ziekenhuizen en verpleeghuizen en ook in de kleine praktijken van huisartsen en tandartsen.”
Rovers: “Dat iedereen roept dat het voor veel hulpmiddelen niet anders kan vanwege de infectiewetgeving, wist ik ook. Maar wat er precies wel of niet mag, dat was niet duidelijk voor het veld. Zo zwart-wit staat het er in ieder geval niet, heb ik geleerd. Er is wel degelijk wat mogelijk. Dus moeten we veel beter kijken naar de wetgeving. Tijdens Covid-19, toen bijvoorbeeld de thuiszorg tekort aan handschoenen had, is onderzoek gedaan. Zonder handschoenen werken en heel goed wassen na ieder bezoek bleek veiliger.”

Sturing nodig
Najaar 2022 bracht de commissie advies uit (zie kader). Rovers vat het kort samen: “Minister, neem duurzaamheid nou op in de Wkkgz (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg, red.), want dan wordt het onderdeel van goede zorg en moet het wel. Iedereen is van goede wil, maar het is nog te vrijblijvend. Er zijn geen echte belemmeringen, maar het blijft heel erg bij de zorg zelf liggen. Die pakt het wel op, maar dat levert allemaal losse initiatieven op, die niet snel genoeg breed worden overgenomen. Daarom moet je het proactief stimuleren met wetgeving.” Kortom, sturing vanuit de overheid is hard nodig.

Marjan Alssema, commissiesecretaris vanuit de Gezondheidsraad: “Liefst kies je oplossingen die duurzaam en kostenbesparend zijn, en net zo veilig en effectief als de huidige praktijk.” | Foto: René Verleg

Wettelijk kader
Minister Ernst Kuipers reageerde positief op het advies en nam daaruit veel aanbevelingen over. Terughoudend was hij over het wettelijke kader. Dat ging enerzijds over de huidige wet- en regelgeving, die belemmerend zou kunnen werken, en anderzijds de noodzaak van nieuwe wetgeving om duurzaamheid als waarde van goede zorg vast te leggen. Op dat eerste punt liet hij adviesbureau Berenschot nader onderzoek doen. Conclusie, volgens de minister in een kamerbrief eind vorig jaar: “Geconstateerde knelpunten blijken niet altijd te gaan over wat in de wet- en regelgeving of richtlijnen van de beroepsgroepen is opgenomen, maar ook over de kennis en interpretatie daarvan door het veld.” Alssema: “Berenschot heeft nog uitgebreider dan onze commissie naar de wet- en regelgeving gekeken en komt tot dezelfde conclusie. De wetgeving vormt geen belemmering, wel kunnen richtlijnen belemmerend werken. Soms ligt het aan de interpretatie en zijn mensen wat voorzichtig.” Rovers: “Ik ben blij met de conclusie dat er geen echte belemmeringen zijn. Met de discussie daarover zijn we nu wel klaar.”


Advies Gezondheidsraad

1. Expliciteer duurzaamheid als waarde van goede zorg.

2. Veranker duurzaamheid in de langetermijnvisie en het beleid van zorginstellingen.

3. Waarborg het meewegen van duurzaamheid bij medische beslissingen.

4. Ontwikkel een beleidsagenda voor verduurzaming van hulpmiddelen.

5. Stel wettelijke eisen voor hulpmiddelen op het gebied van duurzaamheid.

6. Zet in op innovatie om het transitieproces te versnellen.

7. Faciliteer onderzoek en monitor de milieu-impact.


Uiteindelijk kan wetgeving in ons land slechts een beperkte impact hebben, omdat de grote leveranciers hun producten niet alleen voor Nederland maken. De Europese verordening voor medische hulpmiddelen moet dan uitkomst bieden. Die heeft nog geen sterke duurzaamheidsparagraaf, weet Rovers. “Maar er zijn wel mogelijkheden om duurzaamheid snel in te passen. Nieuwe wetgeving is daarvoor niet nodig; dat kan met het toevoegen van amendementen. Het zou wel mooi zijn als wij vanuit Nederland goede voorbeelden kunnen geven.”

Overhandiging van het advies van de Commissie Duurzaamheid medische hulpmiddelen op 13 september 2022 door de voorzitter van de Gezondheidsraad Bart-Jan Kullberg aan minister Ernst Kuipers. | Foto: Paul Voorham

Logistieke uitdaging
Hoog tijd om door te pakken, want het thema duurzaamheid leeft breed. Praktisch ligt er wel een logistieke uitdaging, omdat zorginstellingen nu vooral gericht zijn op afvalverwerking. Rovers: “Ik denk dat dat het minste probleem is, want ze zijn al bezig om te veranderen. Maar het is nu een kip-eisituatie. Omdat men denkt dat de infectierichtlijnen zeggen dat het disposables moeten zijn, worden iedere keer OK-slangen vervangen en handschoenen weggegooid. Dus krijg je zo’n afvalberg.”
Alssema: “Er zijn al ziekenhuizen die bijvoorbeeld OK-jassen hergebruiken; dat blijkt gewoon ingeregeld te kunnen worden. Maar jassen en ander textiel op de eigen locatie steriliseren is soms lastig, dus moet je dat elders laten doen. Die hobbel moet je wel over.” Ook aan verduurzaming van de grotere apparaten zit een logistiek aspect. De commissie adviseert namelijk dat de gebruiksfase kan worden verlengd door meer aandacht te besteden aan hergebruik, reparatie en refurbish.

Financieel en ethisch
Tot slot is er het kostenplaatje van verduurzaming. “De commissie heeft geen uitgebreide berekeningen gemaakt”, meldt Alssema. “We hebben wel voorbeelden laten zien dat het niet duurder hoeft te zijn en kostenbesparingen kan opleveren. Soms lijkt het duurder omdat je een investering moet doen, zoals in herbruikbare OK-jassen.” Wat het nog ingewikkelder maakt, is dat op de lange termijn het effect van de klimaatverandering op de gezondheid en dus de zorg gaat spelen, zegt Rovers. “Wat moeten we meer betalen als we ziek worden omdat we geen leefbare planeet meer hebben? We zitten met een vicieuze cirkel als we niet duurzaam worden. Van de afvalberg en klimaatverandering worden we ziek en daardoor is er meer zorg nodig, met nog meer afval en energieverbruik en dus meer klimaatverandering tot gevolg.”

Mede om die reden zat er in de commissie – die toch al breed was samengesteld met artsen en andere wetenschappers uit diverse disciplines, alsook een jurist en een psycholoog – zelfs een ethicus. Dat had te maken met het afwegingskader, verklaart Rovers. “Als we meer naar hergebruik gaan, zitten we iets minder op de infectiepreventie en dat kan resulteren in meer overlijdens. Maar aan klimaatverandering zullen ook mensen doodgaan. Die discussie over wat wel of niet mag en wat een leven mag kosten, die moeten we gaan voeren, zoals ook al een beetje gebeurde tijdens code zwart in de Covid-19 tijd.”

Kritisch blijven nadenken
Dat de overheid verduurzaming van hulpmiddelen serieus oppakt, wil niet zeggen dat professionals in het veld het rustig aan kunnen doen, vindt Rovers. “Ze moeten absoluut doorgaan met hun bottom-up initiatieven, we hebben alle energie nodig om het tij te keren. Bovendien zou ik de professionals die heel bevlogen zijn op dit onderwerp dat zeker niet willen afnemen. We hebben juist behoefte aan die energie van bijvoorbeeld verpleegkundigen die kritisch nadenken of iets wel echt moet, zoals dat steeds weer weggooien van handschoenen. Die ideeën moeten uit het veld blijven komen en daarna is het fijn als ze top-down worden uitgewerkt. Wat mij betreft is het en/en.”

▸ Meer informatie:
www.gr.nl

Longreads zijn artikelen die wekelijks online geplaatst worden die uit het magazine komen.