Zelfstandig wonen met cachet

Philadelphia creëert unieke locatie bij monumentale villa

In Nunspeet realiseerde Philadelphia eind 2022 een gloednieuwe locatie met zelf­standige appartementen in en naast een stijlvolle monumentale villa. Resultaat van een interessant bouwproces, waarbij de lokale project­ontwikkelaar, architect, aannemer, installateurs en Philadelphia met succes samenwerkten om de zorgvisie gestalte te geven. “We willen mensen oprichten in hun eigen leven.”

tekst • Mirjam Hommes | foto’s • Hollandluchtfoto.nl

“Wij zochten een woonlocatie voor mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) en eventueel psychiatrische kenmerken. Er is relatief veel vraag naar begeleid wonen voor deze doelgroep”
vertelt Ard-Jan de Putter. Hij is Manager Zorg & Begeleiding bij Philadelphia en vanuit het zorgteam betrokken bij het project. “Deze locatie ligt rustig in het groen, maar is ook dicht bij het centrum en station van Nunspeet.” Koen Elzenga, Projectmanager Huisvesting en verantwoordelijk voor alle nieuwbouwprojecten van Philadelphia in het gebied Groot-Veluwe: “Het pand is in eigendom van projectontwikkelaar VANO Vastgoed. Zij hebben het in nauwe samenwerking met Slaa + van Asselt architecten BNA voor ons ontwikkeld en wij huren het voor de lange termijn.”De renovatie van de villa en de nieuwbouw van het appartementencomplex heeft ongeveer een jaar geduurd. Eind oktober 2022 trokken de eerste bewoners erin en de appartementen zijn inmiddels vrijwel allemaal bezet.

Visie gerealiseerd
Philadelphia heeft voor deze doelgroepen een duidelijke visie, die nadrukkelijk op de nieuwe locatie terug moest komen. De Putter: “We willen dat mensen hier hun eigen leven leiden met slechts minimale afhankelijkheid van zorgprofessionals. Dat voeren we vergaand door.” Elzenga: “Elke bewoner moet net zo kunnen wonen als jij en ik. Met een eigen huisnummer, eigen aansluitingen, een eigen keuken en een eigen wasmachine.” Er zijn dertig identieke appartementen in de nieuwbouw. In de villa zijn nog eens drie appartementen, waarvan één logeerplek. Daar is ook een buurtkamer gerealiseerd om elkaar te ontmoeten en voor gezamenlijke activiteiten. Zorgmanager De Putter: “Er is geen groep, je moet hier zelf koken, zelf wassen. Tegelijkertijd is het een buurtje op zich, we leven en werken ‘community-based’. Onderling contact en hulp komt zoveel mogelijk uit het eigen netwerk van buren, familie en vrienden. Wanneer je bijvoorbeeld elke dag zelf koken te vermoeiend vindt, dan kun je met andere bewoners afspreken om dat bij toerbeurt te doen.”

Sfeer en stijl
De monumentale villa werd van binnen gestript en daarna groten­deels in originele staat teruggebracht. Zo zijn de glas-in-lood ramen behouden en is de grote schouw, die achter een plaat hardboard zat, in ere hersteld. Ook de centrale trap en de serre springen in het oog. Om het pand goed bewoonbaar en geschikt voor de zorg te maken, waren verschillende toevoegingen nodig. De muren zijn aan de binnenzijde geïsoleerd. De villa wordt met gas verwarmd, een verschil met de nieuwbouw waar aardwarmte gebruikt wordt. Elzenga: “We hebben veel installatiewerk moeten toevoegen en daarnaast vraagt de brandveiligheid extra aandacht, zeker in zo’n pand. Door in de villa de karakteristieke elementen te behouden is er veel sfeer. Tegelijkertijd moet het ook praktisch zijn; er komen veel mensen en ons personeel moet prettig kunnen werken.”

‘Elke bewoner moet net zo kunnen wonen als jij en ik’

De tuin was ook een uitdaging, de villa is immers een blikvanger in de buurt. Voor de karakteristieke oprit met grind moest bijvoorbeeld een oplossing komen; daar was voor bewoners en personeel met hun fietsen niet doorheen te komen. Een klinkerstraatje met grind aan weerszijden bleek praktisch én mooi. De kliko’s aan de weg zijn netjes weggewerkt in een afrastering, en zodra de rododendrons in bloei komen zal het een nog fraaier gezicht zijn.

Dubben over vloeren
Bij het plannen van de afwerking waren al enkele toekomstige bewoners en medewerkers in beeld. Met hen is overlegd over de stijl en inrichting. Elzenga: “De wanden en het meubilair in de buurtkamer zijn met enkele bewoners en ouders besproken met hulp van een interieur­adviseur met moodboards. Daar kwamen de kleuren, sfeer en stijl uit. Elke etage heeft een eigen kleur gekregen.” De lastigste kwestie bleek het afwerkingsniveau van de appartementen. De Putter: “Bij echt zelfstandig wonen hoort eigenlijk ook dat je zelf vloeren legt en muren verft. Uiteindelijk hebben we toch in alle appartementen een goede sauslaag op de muren gedaan en een kwalitatieve PVC-vloer gelegd. Dat gaat best ver, maar het is ook zuinigheid op het gebouw. Het wordt wel gewaardeerd, gelukkig.”

Mensgerichte technologie
De nadruk op zelfstandigheid is daarnaast terug te zien in de gebruikte zorgtechnologie. Medewerkers kunnen dankzij de dekkende wifi overal online zijn, bijvoorbeeld om samen met bewoners informatie op te zoeken en te delen. Alle bewoners hebben een smartphone met de app ‘Digicontact’. Daarmee kunnen ze 24 uur per dag beeldbellen met een begeleider. De Putter: “Niet alleen als ze thuis zijn, maar als ze elders in het land of in het openbaar vervoer een vraag hebben.” Het gebruik van Digicontact hoort bij het woonconcept en is niet vrijblijvend. De zorgmanager: “Wij hebben 24/7 de verantwoordelijkheid om waar nodig begeleiding te bieden, maar we zijn niet altijd fysiek aanwezig. Je moet als bewoner daarom Digicontact geïnstalleerd hebben en weten hoe het werkt. We helpen mensen om eraan te wennen door bijvoorbeeld eerst een paar keer samen met een begeleider in te bellen. De meeste bewoners zien al snel de positieve kanten en mogelijkheden. Het vergroot de zelfstandigheid.”
Naast Digicontact is er ook ‘Mijn Eigen Plan’- een digitaal planbord. Hier kunnen bewoners hun eigen dagschema inzetten, maar ook zien wie van het personeel aanwezig is en welke activiteiten er georganiseerd worden. Zelf kunnen ze ook zaken delen. Als iemand bijvoorbeeld een thuiskapper uitnodigt, kan hij of zij vragen of er nog andere bewoners geknipt willen worden. Elzenga: “De appartementen hebben een eigen intercom en bewoners laten zelf hun bezoek binnen. Teamleden kunnen op afstand met een telefoon de intercom en buitendeur bedienen.” De Putter: “Dat is handig, want de collega’s zijn mobiel binnen het pand, bijvoorbeeld om een bewoner te helpen met de was. Als ze steeds heen en weer moeten lopen naar de buitendeur, komen ze nergens aan toe.”

Niet afhankelijk
De Putter: “Onderdeel van onze visie is dat we niet te veel zorgjargon willen gebruiken. Je hebt hier een eigen leven en daarbij een stukje begeleiding. We spreken van ‘bewoners’, want we willen ze nadrukkelijk niet bejegenen als afhankelijke ‘cliënt’ in een zorgwereld, maar oprichten in hun eigen leven. Er staat ook geen bord ‘Philadelphia’ in de tuin. Dit gebouw ondersteunt onze visie, je wordt hier niet klein gehouden.” Nu de locatie een paar maanden in gebruik is, zien De Putter en Elzenga veel enthousiasme en trots bij de bewoners. Elzenga: “Ik werd laatst door een vader en moeder meegetroond om de inrichting van het appartement van hun kind te komen bewonderen. Dat was voor mij ook een geluksmoment, om te zien hoe dat appartement tot leven kwam.”