Het heeft geen nut om borstkankerpatiënten langer dan 7,5 jaar hormoontherapie te geven. Een nog langere behandeling zorgt niet dat de tumor minder vaak terugkeert. Dat heeft onderzoeker Erik Blok van het LUMC ontdekt. Hij promoveerde op 31 mei in Leiden.
Jaarlijks krijgen zo’n 17.000 vrouwen te maken met borstkanker, van wie de meerderheid na een operatie hormoontherapie krijgt. Bij slechts 20 procent van hen voorkomt deze therapie daadwerkelijk een uitzaaiing. “Dat betekent dat we ook veel mensen onnodig behandelen”, aldus Blok.
Het is nu zo dat een patiënt met hormoongevoelige borstkanker 5 tot 7,5 jaar lang pillen moet slikken om eventuele uitzaaiingen van de tumor af te remmen of plat te leggen. Blok onderzocht of het nut heeft om langer dan 7,5 jaar deze hormoontherapie te volgen. En wie precies baat heeft bij welke hormoontherapie.
Jammer, maar ook positief
Vanuit het LUMC is een studie opgezet waaraan 1824 borstkankerpatiënten meededen van zo’n 70 verschillende ziekenhuizen. De helft van hen kreeg 7,5 jaar lang hormoontherapie, de andere helft 10 jaar. Het langer geven van de therapie zorgt niet voor een kleinere kans op de terugkeer van de ziekte. “Erg jammer natuurlijk, maar ook juist wel weer positief. Het heeft dus geen zin om mensen langer dan noodzakelijk deze behandeling te geven.”
Actief immuunsysteem
Om te bepalen welke hormoontherapie het beste werkt bij welke patiënt, nam Blok het afweersysteem onder de loep. “Als er weinig afweercellen in de tumor zitten, dan kan volgens onze studie het beste het middel exemestaan worden voorgeschreven. Als er veel afweercellen in de tumor zitten, dan maakt het niet uit welke hormoontherapie wordt gebruikt”, aldus Blok. Verder onderzoek is nodig voor een test waarmee je kunt bepalen hoe actief het afweersysteem is in de tumor. “Daarmee zou je snel kunnen bepalen welk middel beter werkt.”
Bron: LUMC
