Nederland zou fors moeten inzetten op e-Health. Begin februari brachten zorgverzekeraars, de GGZ en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen een advies uit in die trant aan minister Schippers. Maar werkt dit wel? Laura Visser ziet op basis van haar promotieonderzoekaan de Radboud Universiteit in ieder geval belangrijke bezwaren.
We horen regelmatig dat de zorg verbeterd moet worden en e-health-technologieën worden dan vaak als oplossing voorgesteld. Bijvoorbeeld in vorm van persoonlijke online communities voor online zorg. Deze technologie moet patiënten een actievere rol en zorgverleners meer inzicht in elkaars behandelplannen geven. En het zou ook fors goedkoper zijn. Werkgeversorganisatie VNO-NCW en MKB-Nederland denken dat jaarlijks ruim 1,5 miljard euro aan zorgkosten bespaard kan worden door te investeren in deze ‘slimme’ zorg. (Vooruit met de zorg: beter, slimmer, menselijker )
‘Het lijkt makkelijk, maar dat is het niet’
Maar is dat wel zo makkelijk en effectief? Sociologe Laura Visser onderzocht deze vraag bij een pilot voor online communities bij patiënten met de ziekte van Parkinson. Ze stelt vast dat patiënten gemiddeld makkelijker contact maken met hun zorgverleners in een digitale omgeving, maar dat ze tegelijk bang te zijn om te veel van deze vrijheid gebruik te maken. ‘De patiënten worden ook meer verantwoordelijk gemaakt voor hun eigen zorg,’ zegt Visser. ‘Dat is echt niet voor elke patiënt een goede ontwikkeling. De eHealth-technologie houdt bestaande normen in stand en verhult complexe machtsprocessen – het lijkt makkelijk maar dat is het niet, en ook als je hem of haar kunt mailen blijft een arts op afstand staan van de patiënt.’
Mondige patiënt (alweer) in het voordeel
Verder constateert Visser – die 10 maart promoveert bij de faculteit Managementwetenschappen van de Radboud Universiteit – dat zorgverleners zich erg bewust zijn van hun nieuwe zichtbaarheid. Hierdoor moeten ze een nieuwe professionele houding vinden. ‘Verpleegkundigen die in de spreekkamer de patiënt tutoyeren, doen dat online minder snel wanneer een arts meeleest. Ze letten ook extra op de medische informatie die ze delen en op hun taalgebruik in aanwezigheid van de patiënt.’
De grootste kanttekening die Visser plaatst bij het gebruik van nieuwe technologieën in de gezondheidszorg, is dat ze voornamelijk geschikt lijken te zijn voor een selecte groep mondige patiënten die toch al actief is. Dit vergroot de ongelijkheid tussen patiënten. ‘Als deze technologieën ontwikkeld en geïmplementeerd blijven worden, moeten we ook investeren in het verkleinen van de ongelijkheid tussen patiënten om écht de zorg op grote schaal te verbeteren.’
Power to the patient? Analyzing online communities and their potential for changing power processes in Parkinson’s care
Promotie Laura Visser, 10 maart 2017, Radboud Universiteit
Promotores prof. dr. Y.W.M. Benschop, prof. dr. A.C.R. van Riel
Copromotor dr. I.L. Bleijenbergh