De kwaliteit van leven van mensen met dementie die in een verpleeghuis wonen is even hoog als van degenen die (nog) thuis wonen.

De stemming van mensen met dementie blijkt het belangrijkste voor een goede kwaliteit van leven, meer dan bijvoorbeeld fysiek welbevinden of cognitieve capaciteiten. Dat en meer blijkt uit het promotieonderzoek van Hanneke Beerens aan de Universiteit Maastricht, waarop ze op 29 april hoopt te promoveren. “Nederland is allround kampioen dementiezorg”, stelt de promovenda, die zelf ook als verpleegkundige in de ouderenzorg werkte en haar onderzoek uitvoerde binnen de Academische Werkplaats Ouderenzorg Zuid-Limburg.

In het proefschrift van Hanneke Beerens staan twee studies centraal. De eerste is een studie in acht Europese landen (Nederland, Duitsland, Engeland, Zweden, Estland, Finland, Frankrijk en Spanje) waar zowel mensen met dementie als hun verzorgers in het verpleeghuis/ mantelzorgers thuis gevraagd werd naar de kwaliteit van leven. Ook werden de mensen geobserveerd door onderzoekers. Kwaliteit van leven voor mensen met dementie, zo blijkt uit eerder onderzoek, steunt op vier pijlers:

  • psychologisch welbevinden (de eigen subjectieve beoordeling van de kwaliteit van leven)
  • gedrag (inclusief fysieke gezondheid, cognitief functioneren, sociaal gedrag en afhankelijkheid)
  • objectieve omgeving  (materiële status, sociaal netwerk)
  • ervaren kwaliteit van leven (de beoordeling van alle aspecten die belangrijk zijn voor het eigen leven)

Even goed thuis als in verpleeghuis
Voor deze studie werden 1123 mensen met dementie die thuis woonden maar waarschijnlijk binnenkort werden opgenomen in een verpleeghuis geïncludeerd, evenals 791 mensen met dementie die drie maanden of korter in een verpleeghuis woonden. Hun kwaliteit van leven scoorde nagenoeg gelijk; vanuit wetenschappelijk oogpunt zijn de verschillen verwaarloosbaar. Gemiddeld scoorden mensen met dementie in Zweden, Nederland en Engeland een hogere kwaliteit van leven dan in de overige landen.

Kwaliteit van zorg is hoog in Nederland
Naast de kwaliteit van leven werd ook de kwaliteit van zorg gescoord in de acht landen. Hieruit blijkt dat in objectieve zin Nederland ‘kampioen dementiezorg’ is. Waar bijvoorbeeld thuiswonende mensen met dementie in de EU gemiddeld 10% van de tijd met vrijheidsbeperkende maatregelen te maken krijgen, is dat in Nederland slechts 3%. Waar bijvoorbeeld 7% van de mensen in een verpleeghuis met doorligwonden te maken krijgt in de EU, is dat in Nederland 4%. “Er zijn natuurlijk altijd incidenten of aandachtspunten in de zorg voor mensen met dementie die je serieus moet nemen, maar de eenzijdig negatieve beeldvorming die je in Nederland vaak ziet over verpleeghuiszorg, lijkt wetenschappelijk niet te onderbouwen”, aldus Hanneke Beerens.

Positieve stemming
De tweede studie steunt op de observatie van 115 bewoners van hoofdzakelijk Limburgse verpleeghuizen om hun kwaliteit van leven te beoordelen. Hieruit blijkt dat een positieve stemming samenhangt met een hogere kwaliteit van leven (en andersom een negatieve stemming met een lagere). Een positieve stemming kreeg de doelgroep met name van het betrokken zijn bij activiteiten, liefst in de buitenlucht en sociale interacties.

De promovenda pleit voor het beter toerusten van zorgverleners om te ontdekken wat voor elke individuele cliënt een zinvolle dagbesteding is. Ook zou in de zorgopleidingen meer aandacht voor psychosociale zorg en ouderenzorg op zijn plaats zijn.

Hanneke Beerens verdedigt haar proefschrift ‘Adding life to years – Quality of life of people with dementia receiving long-term care’ op 29 april om 16.00 uur.

Bron: Maastricht University