Het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie heeft een nieuwe chirurgische robotarm in gebruik genomen. In juni zijn de eerste ingrepen met de robotarm uitgevoerd bij kinderen met hersenstamkanker. Het PMC kon het instrument aanschaffen met hulp van de Stichting Semmy. Dit fonds verwierf in 2017 bijna 1,2 miljoen euro uit de ‘nagellak-actie’ van Tijn Kolsteren (6).
De robotarm wordt gebruikt bij jonge patiënten met DPIG. Deze vorm van hersenstamkanker groeit diffuus in het hersenweefsel. Daardoor kunnen chirurgen het tumorweefsel niet operatief verwijderen. De nieuwe robotarm helpt chirurgen precies gestuurd te opereren, zodat ze op een veilige manier een biopt uit het tumorweefsel kunnen nemen. In de nabije toekomst kan de robotarm helpen om slangetjes te plaatsen, waardoor medicijnen rechtstreeks in de tumor te brengen. Behandelaars zien mogelijkheden de robotarm in de toekomst ook voor andere hersenoperaties in te zetten.
Exact navigeren
Bij hersenstamkanker ligt de tumor heel diep. Dat maakt het moeilijk om het weefsel te bereiken. Je moet er nauwkeurig naartoe navigeren om een biopt te nemen of een katheter te plaatsen. Met de robotarm kan dat beter. Kinderneurochirurg Kirsten van Baarsen, die in juni de robotarm in gebruik nam, is er enthousiast over. De route die de naald moet afleggen door de hersenen bepaalt zij vooraf. “De robotarm heeft veel ‘gewrichten’ om zo precies mogelijk te sturen op die uitgestippelde weg. Daardoor voelt hij aan als een derde arm in de operatiekamer.”
Superhelden
In aanwezigheid van de familieleden van Semmy en Tijn is stilgestaan bij de betekenis van deze innovatie. De families namen een schilderij in ontvangst van de twee hoofdrolspelers, door illustrator Arne van Ree geportretteerd als superhelden. Het schilderij heeft een prominente plek in het Prinses Máxima Centrum gekregen.