Gericht kleine stroomstoten sturen naar de nervus vagus, een hersenzenuw in de hals, leidt tot minder epilepsieaanvallen en een betere levenskwaliteit bij patiënten met ernstige epilepsie.
Dat blijkt uit de resultaten van het eerste Europese onderzoek naar de effecten van een slimme neurostimulator. Het onderzoek werd geleid door het UZ Gent.
Slimme neurostimulator
De slimme neurostimulator – een soort pacemaker – wordt onder het linkersleutelbeen geplaatst en via een elektrode verbonden met de nervus vagus, een belangrijke hersenzenuw in de hals. Uit onderzoek is gebleken dat het begin van een epilepsieaanval vaak gepaard gaat met een versneld hartritme. De ‘slimme’ stimulator voelt die versnelling aan en stuurt op dat moment via de elektrode kleine stroomstoten naar de hersenzenuw.
Helft minder aanvallen
Tussen 2011 en 2013 werd de slimme neurostimulator ingeplant bij 31 patiënten met hardnekkige epilepsieaanvallen. Dat gebeurde door een team van neurochirurgen in dertien Europese centra waaronder het UZ Gent. De patiënten zijn gedurende twaalf maanden opgevolgd. De onderzoekers hebben vastgesteld dat de slimme neurostimulator de epilepsieaanvallen niet alleen detecteerde maar ze in de helft van de gevallen ook afremde.​
Behandeling op maat
Prof. dr. Paul Boon, diensthoofd Neurologie en hoofdonderzoeker van de studie, ziet de slimme neurostimulator als een belangrijke aanvulling op de bestaande behandelingen. “Voor veel patiënten met ernstige epilepsie bieden medicatie of hersenchirurgie geen soelaas. Bovendien kunnen we de onderliggende oorzaak van epilepsie nog niet wegnemen of voorkomen. Die verschilt waarschijnlijk van patiënt tot patiënt. Daarom willen we een behandeling op maat kunnen bieden, en met slimme neurostimulatie zetten we een belangrijke stap in die richting. De techniek vergt slechts e